Van de overgebleven eendebouten uit het vorige item maakte ik opnieuw een stoofpotje. Het vlees ging nu wel heel makkelijk van de boutjes, dus ontbeende ik de boutjes even. Ik gebruikte verder ook wat van de saus die ik donderdag maakte, maar ik maakte ook wat saus opnieuw, dus van witte wijn en fond, met wat spekjes, ui en paddenstoelen. Dit bleek toch de meest geslaagde versie van de drie stoofpotjes van wild tot nu toe te zijn. Let wel op dat de eendebouten vrij vet zijn, en dat je dat vet (en vel) op een gegeven ogenblik beter kunt verwijderen.
Dan aandacht voor de puree van winterpeen. Je neemt een winterpeen en een beetje gesnipperde ui. Smoor de ui een beetje in olie, roer de peen in stukjes er bij. Giet er wat bouillon over. Kook 20-25 minuten. Probeer het zo uit te kienen dat het bijna droog is gekookt. Kook nog wat verder in. Pureer alles (door een zeef), en doe er een klontje boter door en flink wat fijn gehakte peterselie.
Het is een heel mooi smakelijk en luchtig bijgerecht. Het is ontleend aan een oud Duits kookboek, via de “Spinazieacademie”.
Verder op de foto nog een luchtige aardappelpuree, bospeen en wat stukjes meiknol. Nee, de aardappelpuree staat niet stijf van de boter, de witbalans van de foto klopte niet helemaal.