S. is helemaal weg van “Boekoe Kita” – een recent uitgegeven kookboek met recepten van 11 Indische families. Ik ook trouwens, dus ik zal daar nog wel eens op terug komen. Er staat veel in dat erg lijkt op de recepten zoals haar moeder en oma kookten. Vanavond, op verzoek, mijn eigen interpretatie van een recept dat uit die Indische heimwee-keuken komt. Ik maak het met kip als simpele hoofdmaaltijd of zonder kip als bijgerecht bij nog wat andere gerechten. Helaas, moet ik bekennen, ik weet nooit hoeveel ik precies gebruik van de ingrediënten. Doe het vooral net zo als ik en dat is: op het gevoel en zo nu en dan proeven. Voor 2-4 personen.
- 3 forse en verse tenen knoflook fijn gehakt
- 3 cm gember, geschild en fijn gehakt
- 2 kleine sjalotjes, fijn gehakt
- beetje zout en peper
- wat lichte Chinese sojasaus of Kikkoman (maar geen ketjap, die is te zoet)
- neutrale olie
- 1,5 kop rijst, water
- 3-4 ons kipblokjes (ik gebruik uitgebeende biologische kippendij, dat heeft veel smaak)
- 1 prei, schoongemaakt en in ringetjes gesneden
- 1 niet te grote paksoi, schoongemaakt en in stukken gesneden (of Chinese kool)
- 1 rode paprika in stukjes
- optioneel stukje rode peper
- en vooral: een bosje selderij, grof gehakt
- evt wat koriander en bieslook
Kook de rijst in een pan, vingerkootje water boven de rijst. Als het water kookt het vuur ver terug draaien en de rijst in 15 minuten gaar laten worden.
Neem een wok. Blokjes kip op een heel hoog vuur met wat olie gaar bakken. Uit de wok halen en even bewaren in een bord. Olie er bij. Knoflook + sjalot + gember even aanbakken en alle groentes er bij doen. Op hoog vuur gaar maken, kip er weer bij, dan wat peper en zout, en even laag zetten.
Als de rijst gaar is, de rijst bij het kip-groente mengsel. Op hoog vuur weer opwarmen, evt. wat olie toevoegen. Doe er ook ongeveer 2 el sojasaus bij. Als alles heet is, roer dan de selderij er door en dien direct op. De rijst hoeft niet echt te bakken